Zoals ik in m’n eerste blogpost ooit (25 februari 2005) over Maarten schreef dat hij altijd als eerste z’n pen op z’n tafeltje tikte om aan te geven klaar te zijn met hoofdrekenen of dictee, of als eerste op voetbal zat en mij meenam om ook op voetbal te gaan, of als eerste op blokfluitles zat en mij meenam… Maarten nam mij altijd mee. Maarten was mijn vriend.
Zo was Maarten het ook die me meenam naar de tennisbaan. Hij zat al op les, en liet mij de trainer een handje geven, zoals ik dat ook moest in de sporthal bij het zaalvoetbal (mijn introductie daar), en ik ging ook op les. The rest is history. Een jaartje later wist ik van Maarten te winnen, en nooit meer te verliezen. Maarten was vanaf dat moment altijd tweede, na mij, op de tennisbaan. Maar goed, ik bleef een tijdje de Joop Zoetemelk van de vereniging, de eeuwige tweede, na Bas Coulier (tot voor kort hoofdtrainer bij Amstelpark Tennis Academy en bondscoach van
).Na het Gelders Kampioenschap (in de C-Categorie, ik werd meteen B1) in 1986 en deelname aan de Nationale (met Paul Dogger, Richard Kraijcek – boogballen op de baseline-specialist, back in 1986) en de HAVO was het gebeurd met de mogelijke tenniscarrière. Ik heb nog twee jaren competitie gespeeld, een jaar in Neede (1997) waar ik vanuit Nijmegen met m’n Azzuro Lemans blauwe Alfa Romeo Giulia Nuova Super 1300 naar toe reed om de laatste keer niet aan te komen door het definitief vastlopen van de olieslurpende motor. Bij de oprit van de Pley-route bij Gelrodome. Stond ik daar, in het mobieloze tijdperk.
Kreeg wel veel duimpjes omhoog weet ik nog.
Maar goed.
Lang verhaal kort. Ik heb me vanaf vandaag weer aangemeld bij de Lochemse Tennis Club LTC en heb de eerste afspraakjes al met potlood in LinkedIn geregeld. Een ander koopt een motor inderdaad (Hermannus :), op z’n 53ste, ik herstart m’n tanniscarrière. Zin an!